Bron: Foto RCE
|
DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|REAGEER
klik op de afbeelding om deze te vergroten. BeschrijvingDe zerk wordt omzoomd door een randje. In de bovenhelft zien we een verdiepte liggende rechthoek met daarin het wapen in reliëf. De zijkanten van de rechthoek zijn versierd met bandwerk, dat bestaat uit een fantasieconstructie met verschillende voluten en dat aan de bovenzijde wordt afgesloten door een klein stukje architraaf. WapensDrie molenijzers en een golvende schildvoet van vijf stukken. Helm. Dekkleden. Helmkroon: een kroon van vijf bladeren. Helmteken: een lindeboom. BijzonderhedenRudolphus of Roelof Tijbosch is op 3 september 1653 gedoopt in de katholieke Sint-Jacobsparochie als zoon van Arnt Joosten Tijbosch en Maria Roelofs van Diepenbeeck. Hij was wijnkoper van beroep en vervulde een aantal bestuurlijke functies: in 1679 en 1688 was hij blokmeester van het Hinthamereind en daarmee ook bestuurder van het Zinnelooshuis; in 1703-1704 was hij rentmeester van het Catersgasthuis. Daarnaast was Roelof lange tijd actief lid van de schutterij van de Jonge Schuts. Hij woonde in ‘De Drie Zwarte Mollen’ in de Hinthamerstraat en bezat onder meer ook het voormalige Baselaarsklooster. In 1691 kocht hij bovendien het kasteeltje Middegael te Veghel. Roelof trouwde in 1676 met Barbara, in 1655 geboren als dochter van Jan Jans Wolfswinckel en Beatrix Michiels vanden Ancker. Uit dit huwelijk werden tien kinderen geboren, van wie vijf jong stierven. Van de overigen huwde Beatrix Angela Tijbosch (1687-1760) met Willem Joseph van Engelen. Haar broer Joannes Franciscus Tijbosch (1691-1750) was rentmeester van de domeinen van de baronie van Boxtel en Liempde. Hij woonde op het kasteel Stapelen en was lid van de Illustre Lieve Vrouwe Broederschap. Hij was gehuwd met Lamberdina Maria van Ravesteyn. Zijn zuster Catharina Johanna Tijbosch (1679-1712) huwde in 1701 op het kasteel van Heeswijk met wijnkoper Johan van Niel. Moeder Barbara overleed in september 1693. Roelof stierf op 22 juli 1720 en werd vier dagen later vanuit de Sint-Jacobsparochie in de Sint-Janskerk begraven in het graf waarop zijn naam blijkens Hs 1709, 233.1 al minstens een tiental jaren stond vermeld. 1. Geschiedenis(Oud 215; Nieuw 152; Martini 217; Smits 258) * Personen
Legenda: begraven in de Sint-Jan vet: hoofdbegravene. |