Bron: Foto RCE
|
|
447 Ghysbrecht Janssz. van den Kerckhof, 1570
|
|
DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|REAGEER
huidige plaats | | in de zuidelijke kooromgang, de travee tegenover de derde straalkapel vanaf het transept, ten oosten van de zevende koorpijler, de tweede zerk van een rij van drie locatie in 1821 volgens Martini (zie plattegrond) | maten | | 117 x 238 cm | steensoort | | maaskalksteen | inscripties | | klik op de afbeelding om deze te vergroten.Over het midden van de zerk loopt een breuk. Er zijn drie te onderscheiden inscripties. De oudste daarvan is aangebracht langs de zijden van de zerk zonder speciale aanduiding van een band en valt op door de tamelijk grote gotische letters. De tweede inscriptie middenboven, in iets kleinere gotische letters, sluit hierop aan. De inscriptie onder het wapen is later bijgehakt. In het midden van de zerk is in een verdiepte rechthoek, aangegeven door een rand, een cirkel aangebracht, waarbij de zwikken zijn opgevuld met driepassen. In de cirkel vinden we in reliëf het wapen. Doorsneden; I drie omgewende horens; II vier drielingsbalken, met centraal tussen de tweede en derde een klein rond tekentje. Het schild hangend aan een lint uit de helm komend. Helm. Dekkleden. Wrong. Helmteken: een omgewende antieke vlucht. Wapen, helm en helmteken zijn vermoedelijk in spiegelbeeld voorgesteld (zie horens, helm) en het wapen is waarschijnlijk: drie drielingsbalken met in een schildhoofd drie horens. Hs 1709, 66.2 geeft als wapen: drie drielingsbalken en een gouden schildhoofd met drie zwarte horens, beslagen van zilver. Op de tekening uit circa 1900 ontbreekt eveneens het stipje tussen de drielingsbalken. Ghysbert Jans vanden Kerckhoff was kremer van beroep. In 1551/2, 1564/5 en 1568/9 was hij deken van het kremersambacht. In dat laatste jaar was hij ook blokmeester van de Markt. In de belastinglijsten van het midden van de zestiende eeuw behoort hij tot de 11% hoogst aangeslagenen. Ghysbert was getrouwd met Catharina of Cathelijn, dochter van Gerit Boom(s) en Ida Everarts van Stiphout. Uit dit huwelijk stammen minstens vijf kinderen, van wie er twee met hun ouders op deze zerk worden vermeld. Dochter Mariken was de tweede vrouw van Adriaen Goyaerts, zoon van kaarsenmaker Goyaert van Vechel en Ida Lenaert Aerts, en broer van de heiligverklaarde Leonardus van Veghel, een van de Martelaren van Gorkum. Zoon Gerit was koopman van lijnwaad. In 1587 kocht hij een groot huis in de Vughterstraat met een uitgang in de Berewoutstraat, dat wel wordt aangeduid als ‘het huis van Berewout’. Gerit was getrouwd met Adriana, dochter van Ansem Dircx vander Graft en Sophia Henricx Loeckemans. Dit echtpaar liet tussen 1575 en 1587 acht kinderen dopen, de eerste drie in de Sint-Jan, de anderen in de Sint-Jacob. 1. In 1662 werden op de zerk naam en sterfdatum van Antoni Coremans toegevoegd. Deze had voor zover bekend geen familieband met de Van den Kerckhoffs. Waarschijnlijk heeft hij (of wellicht al Ghysbert Anthonis Coremans, die in 1633 in de Sint-Jan werd begraven) het graf derhalve van die familie of van de kerkfabriek aangekocht. Antoni was waarschijnlijk een zoon van Ghysbert Anthonis Coremans en Johanna van Turnhout. Hij was getrouwd met Gysbertje, dochter van de Bossche griffier en secretaris Mathys vanden Ancker en Hester Jan Wouters van Achelen. Tussen 1631 en 1641 lieten zij zes kinderen dopen in de katholieke Sint-Jansparochie. Zijn vrouw werd op 13 september 1662 in de Sint-Jan begraven, Antoni zelf stierf enkele dagen later en werd de 22ste van die maand met haar herenigd. Het graf bleef in de familie: via Antoni´s zoon Mathys kwam het aan diens zoon Nicolaas en vervolgens aan diens zoon Albertus, die zoals hieronder blijkt in het midden van de achttiende eeuw een van de eigenaren van de zerk was. 2. (Oud 179; Nieuw 203; Martini 238; Smits 237) * In de oudste twee leggers wordt gesproken van het graf van Coremans. Op 3 juni 1752 werd het overgeboekt op naam van Albertus Coremans. Ook kwam het op naam van de weduwe van Philippus de Seuteren (Sutter), Judith, en hun dochter Maria de Seuteren. De meisjesnaam van Phillipus’ moeder was Coremans. Voor 1779 kwam het graf in het bezit van de kerk. Op 30 december 1784 werd er voor het laatst in begraven. Het graf was toen vol. Op de plattegrond van Martini is de zerk terug te vinden in de zuidelijke binnenzijbeuk van het koor, in de vierde travee vanaf het transept, ten zuidwesten van de vijfde koorpijler, waar hij in ieder geval vanaf 1707 had gelegen. Voor 1912 kwam hij op de huidige plek. | Achelen, Hester Jan Wouters van | | Aerts, Ida Lenaert | | Ancker, Gysbertje vanden | | Ancker, Mathys vanden | | · zie ook: 396. Jan Wouters van Achelen, 1617
| | Booms, Catheleijn | | Booms, Gerit | | Coremans, Albertus | | Coremans, Antoni | | Coremans, Ghysbert Anthonis | | Coremans, Mathys | | Coremans, Nicolaas | | Graft, Adriana vander | | Graft, Ansem Dircx vander | | Kerckhof, Gerit van den | | Kerckhof, Ghysbrecht Janssz. van den 18-8-1570 | | Kerckhof, Mariken van den | | Loeckemans, Sophia Henricx | | N.N., Judith | | Seuteren, Maria de | | Seuteren, Philippus de | | Stiphout, Ida Everarts van | | Turnhout, Johanna van | | Vechel, Adriaen Goyaerts van | | Vechel, Goyaert van | | Veghel, Leonardus van | | · zie ook: 431. Mathys van Herlaer, 16de eeuw
| Legenda: begraven in de Sint-Jan vet: hoofdbegravene.
|