Bron: Foto RCE
|
|
DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|STAMBOOM|REAGEER
huidige plaats | | in het zuidtransept, de zuidelijke travee, de tweede zerk vanaf het oosten van de noordelijke rij van vier zerken locatie in 1821 volgens Martini (zie plattegrond) | maten | | 120 x 240 cm | steensoort | | maaskalksteen | inscripties | | klik op de afbeelding om deze te vergroten.De zerk heeft een tekstband die op de hoeken wordt onderbroken door vierpassen met daarin wapenschildjes. Verder is de buitenrand opgevuld met een inscriptie die niet meer in de volle hoogte aanwezig is. Van de inscripties op het middenveld is de onderste eerder aangebracht dan die boven de wapens. De versiering bestaat uit een nis met een vlakke rondboog met daarin in reliëf een uitgerukte boom op een grasgrond en met takken met bladeren. Aan de takken hangen aan linten de twee wapenschilden. Alliantiewapen echtpaar (2 schilden): 1 gedwarsbalkt van zes stukken [= drie drielingsbalken]; een schildhoofd met drie pijnappels [Pijnappel]; 2 doorsneden; I drie gekroonde vogels (2,1); II drie palen van vair; een schildhoofd met een lelie [Haeck]. De tekeningen in Hs 1709, 225.1 zijn beduidend duidelijker: 1 manswapen: drie drielingsbalken en een schildhoofd met drie pijnappels; 2 vrouwswapen: doorsneden; I drie vogels (2,1); II drie palen van vair en een schildhoofd met een lelie. Kwartieren: 1 drie pijnappels [Pijnappel]; 2 vier drielingsbalken [Grutere]; 3 drie vogels [Haeck]; 4 drie palen van vair en een schildhoofd met een lelie [Beest]. Op basis van deze gegevens is het vrouwswapen niet dat van Van Middegael zoals Smits zegt, maar het wapen van Elyzabet Haeck. 1. De personen die op deze zerk worden genoemd zijn allen verwant aan de eerstgenoemde Jan Pijnappel. Deze Jan was rond 1495 geboren uit het huwelijk van Jan Boudewijns Pijnappel en Woltera Jan Vuchts. Hij diende de stad als goede man en schepen en was vanaf 1536 drie decennia lang stadhouder van de schout. Jan was getrouwd met Elisabeth Goessens Hack. Zij overleed op 31 januari 1564 (op de zerk in paasstijl aangeduid als 31 januari 1563). Twee zonen uit dit huwelijk werden in hetzelfde graf begraven. Simon had van 1543 tot 1546 in Leuven gestudeerd, werd priester en was rector van het altaar van Sint-Maarten in de Sint-Jan (zie plattegrond altaren nr. 10). Heer Simon overleed op 23 maart 1568 (op de zerk in paasstijl aangeduid als 23 maart 1567). Zijn broer Marcelis was volgens de de Bossche schout een ‘goet welstadich borger ende levende op zyn renten’ en kandidaat voor het schepenambt. Deze functie heeft Marcelis echter nooit vervuld, wel was hij in 1578 een van de policiemeesters van de stad. Marcelis was gehuwd met Ermgaert, dochter van schepen Goyaert van Middegael. Hun zoon Jan was gehuwd met Johanna, dochter van lakenkoper en schepen Goyaert van Vlierden. Een derde zoon van het echtpaar Pijnappel-Hack, Goessen, was bij zijn tweede vrouw Hillegonda van Achelen vader van Willem Pijnappel. Uit diens huwelijk met Bertken Henricx Kemp stamt Marcelis Pijnappel, die eveneens onder deze zerk werd begraven. Na zijn dood werd uit zijn huwelijk met Anna van Delft van Henxtum op 22 januari 1618 nog een dochter Marcella gedoopt, die echter na zes dagen overleed en bij haar vader werd begraven. Ook Jan Pijnappel was een zoon uit het huwelijk Pijnappel-Hack. Hij was bij Cornelia Jacob Colen vader van Frans Pijnappel. Diens eerste echtgenote, Engelken Jans vanden Gasthuys, werd ook onder deze zerk in de Sint-Jan bijgezet. Hun zoon Jan, luitenant van de schutterij van de handboog, was in 1593 getrouwd met Catharina van den Heuvel. Beide echtelieden werden eveneens in het familiegraf in de Sint-Jan begraven. 2. (Nieuw 342; Martini 276; Smits 132) * In ieder geval vanaf 1752 stond het graf geregistreerd als kerkgraf. Vanaf dat moment tot zeker 1821 lag de zerk in de zuidelijke travee van het zuidtransept, vlakbij het zuidportaal. Op de plattegrond van Smits uit 1912 ligt de zerk op de huidige plek, enkele meters ten noorden van de locatie van 1821. Hier ligt hij nog steeds. | Achelen, Hillegonda van (x G. Pijnappel) | | · zie ook: 212. Rutger Bolck, 1482
| | Colen, Cornelia Jacob | | · zie ook: 39. Maria Jans Pijnappel, 1610
| | Gasthuys, Engelken Jans vanden | | Hack, Elisabeth Goessens | | · zie ook: 39. Maria Jans Pijnappel, 1610
| | Henxtum, Anna van Delft van | | Heuvel, Catharina van den (x J. Pijnappel) | | Kemp, Bertken Henricx | | Middegael, Ermgaert van | | · zie ook: 397. Dirck Reyners van der Meer, 1565
| | Middegael, Goyaert van | | Pijnappel, Frans | | Pijnappel, Goessen | | · zie ook: 212. Rutger Bolck, 1482
| | Pijnappel, Jan 21-11-1570 | | · zie ook: 39. Maria Jans Pijnappel, 1610
| | Pijnappel, Jan Boudewijns (x W. J. Vuchts) | | Pijnappel, Marcelis 1581 | | Pijnappel, Marcella | | Pijnappel, Simon | | Pijnappel, Willem | | Vlierden, Goyaert van 1611 | | · zie ook: 362. Goyaert Daniels van Vlierden, 1552
| | Vlierden, Johanna van | | Vuchts, Woltera Jan | Legenda: begraven in de Sint-Jan vet: hoofdbegravene. klik op de afbeelding om deze te vergroten.
|