Bron: Foto RCE
|
|
54 Lenaert Ghysberts Herincx, 1558
|
|
DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|REAGEER
huidige plaats | | in de noordelijke binnenzijbeuk van het schip, de eerste travee vanaf het westen, de noordelijke van de oostelijke rij van drie zerken locatie in 1821 volgens Martini (zie plattegrond) | maten | | 116 x 228 cm | steensoort | | maaskalksteen | inscripties | | klik op de afbeelding om deze te vergroten.De zerk is sterk afgesleten. Van de inscriptie is nog maar een aantal letters te lezen. De middencirkel met het wapen bestaat nog slechts uit een glad oppervlak met bollingen. Van de hoekvierpassen zijn alleen van de vierpas linksbeneden de contouren te onderscheiden. De beschadigingen aan de linkerkant onderaan dateren al van voor de negentiende eeuw. De zerk heeft als randversiering een tekstband met hoekvierpassen waarin vroeger de evangelistensymbolen te zien waren. In het midden van het binnenveld was een verdiepte cirkel te zien met rand, waarachter het lint verdwijnt waarmee het wapenschild is opgehangen. Alliantiewapen ouders (1 schild): Gedeeld; I een gekroonde staande omgewende haring; II een hand- of huismerk. Het hand- of huismerk bestaat uit een X, waarvan de rechter benedenpoot halverwege wordt doorsneden door een kortere schuinbalk. Hs 1709, 120.2 kleurt het wapen in: gedeeld; I in rood een goud gekroonde zilveren staande omgewende haring; II in zilver een zwart hand- of huismerk. Hier bestaat het merk uit een verkorte paal, die op 1/3 en 2/3 hoogte wordt doorsneden door verkorte schuinbalken. In 1510 werd Lenaert Herincx geboren uit het eerste huwelijk van Ghysbert Willems Herincx, goede man van ’s-Hertogenbosch in de periode 1538-1546, en diens eerste vrouw Catharina Willem Jans van Geffen. In 1533 wordt Lenaert vermeld als meester en priester. Hij bezat in de Sint-Jan een beneficie aan het altaar van Sint-Thomas, bij welk altaar hij ook op 1 april 1558 (de datering op de zerk is in paasstijl) is begraven (zie plattegrond altaren nr. 43). Heer Lenaerts broer Willem was olieslager van beroep en vader van Jan. Deze Jan Herincx, in 1549 nog onmondig, was evenals zijn vader olieslager. Zijn vrouw Anthonisken Anthonis Hermans werd ook onder de zerk begraven. Hun zoon Ghysbert was eveneens olieslager van beroep, woonde enige tijd in Amsterdam en werd na de verovering van zijn geboortestad in 1629 benoemd tot raad van ’s-Hertogenbosch. Een tweede zoon van Willem was de lakenverwer en koopman Henrick Herincx, vanaf 1564 ettelijke malen deken van het Bossche lakenverwersambacht. In 1591 werd hij poorter van Helmond. Zijn weduwe Catharina Henricx de Leeuw van Erp, die nog in 1606 wordt vermeld, is eveneens onder de zerk begraven. Een derde zoon Willem had op zijn beurt een zoon Guilliam of Willem, die met de zeepziederij een fortuin wist te vergaren. Na zijn overlijden in 1632 werd ook deze laatste Willem onder de zerk begraven. 1. (Oud 241; Nieuw 381; Martini 90; Smits 21) * In 1707 stond het graf op naam van Herinx. De legger van 1724 vermeldt de overboeking op naam van Catarina Herings, weduwe Koolen, en de kinderen van Philippus de Leli. In de legger van 1752-1755 worden de kinderen en kleinkinderen van Catharina Herinx en Johan Coolen genoemd als eigenaren van het graf. Het betreft hier hun kinderen Henricus, Francis, Willem en Beatrix Coolen; de kinderen van hun overleden zoon Mathijz, te weten Johannes, Willem en Catharina Coolen; en de zoon van hun dochter Anna Catharina, te weten Francis Hoevenaars. Verder stond het graf op naam van Johannes Baptista en Johanna Coolen, kinderen van hun eerdergenoemde zoon Willem. Tot slot staan in de legger van 1752-1755 de namen vermeld van Gerardina de Lelij, echtgenote van Hendrik Smits en kleindochter van de eerdergenoemde Philippus de Lelij, alsook haar zoon Gerard Smits. Laatstgenoemde was de echtgenoot van Johanna Maria Adriana van de Keer. Van de hiervoor genoemde personen komen in de legger van 1779 enkel nog Gerard Smits en Willem Coolen voor als eigenaren van het graf. De legger van 1804-1805 ten slotte vermeldt de namen van Gerard Cornelis Smits, Mechtildes Petronella Smits, Johanna Maria Catharina Smits en Willem Coolen. In 1821 lag de zerk in de noordelijke buitenzijbeuk van het schip, in de vierde travee vanaf het westen, nabij de plek waar ten tijde van de begrafenis van Lenaert Ghysberts Herincx het altaar van Sint-Thomas stond. Omdat de locatieaanduidingen in de leggers daarmee overeenstemmen zal de zerk tussen 1558 en 1821 niet verplaatst zijn. Ten laatste in 1912 werd hij verlegd naar zijn huidige plek. | Coolen, Anna Catharina | | Coolen, Beatrix | | Coolen, Catharina | | Coolen, Francis | | Coolen, Henricus | | Coolen, Johan | | Coolen, Johanna | | Coolen, Johannes | | Coolen, Johannes Baptista | | Coolen, Mathijsz | | Coolen, Willem | | Erp, Catharina Henricx de Leeuw van | | Geffen, Catharina Willem Jans van | | Herincx jr., Willem (Guilliam) 1632 | | Herincx sr., Willem | | Herincx, Ghysbert | | Herincx, Ghysbert Willems | | Herincx, Henrick | | Herincx, Jan | | Herincx, Lenaert Ghysberts 1-4-1558 | | Herings, Catarina | | Hermans, Anthonisken Anthonis | | Hoevenaars, Francis | | Keer, Johanna Maria Adriana van de | | Leli, Philippus de | | Lelij, Gerardina de | | Smits, Gerard | | · zie ook: 413. Adriaen van Empel, 1621
| | · zie ook: 502. …Jansse, 17de eeuw
| | Smits, Gerard Cornelis | | · zie ook: 173. Igrom Potey, 1660
| | · zie ook: 413. Adriaen van Empel, 1621
| | · zie ook: 502. …Jansse, 17de eeuw
| | Smits, Hendrik | | Smits, Johanna Maria Catharina | | · zie ook: 173. Igrom Potey, 1660
| | · zie ook: 413. Adriaen van Empel, 1621
| | · zie ook: 502. …Jansse, 17de eeuw
| | Smits, Mechtildes Petronella | | · zie ook: 173. Igrom Potey, 1660
| | · zie ook: 413. Adriaen van Empel, 1621
| | · zie ook: 502. …Jansse, 17de eeuw
| Legenda: begraven in de Sint-Jan vet: hoofdbegravene.
|