Bron: Foto RCE

 

344 Nicolaas van den Houthe, 1601


DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|REAGEER


huidige plaats    

in het zuidtransept, de middelste travee, de derde zerk vanaf het oosten van de middelste oost-westelijke rij van vijf zerken

locatie in 1821 volgens Martini (zie plattegrond)
maten 94 x 191 cm
steensoort maaskalksteen
inscripties 


klik op de afbeelding om deze te vergroten.

Beschrijving

De goed bewaarde zerk heeft een tekstband die op de hoeken wordt doorbroken door vierpassen met daarin de evangelistensymbolen. Centraal in het middenveld is een verdiepte cirkel met rand aangebracht met daarin het wapenschild, dat met een lint is opgehangen aan de cirkelrand.

Wapens

Twee dwarsbalken, waarin steeds vijf blokjes zijn uitgespaard.
In Hs 1709, 110.1 worden de vierkantjes op de dwarsbalken meer als ingebogen vierkantjes afgebeeld (5 per balk).

Bijzonderheden

Bisschop Masius benoemde op 24 maart 1594 heer Nicolaes van den Houthe (ook: van den Houten, van den Houdt; volgens Schutjes werd hij ook Sonck genoemd) tot officiaal, voorzitter van de geestelijke rechtbank van het bisdom ’s-Hertogenbosch. Deze functie bleef hij tot 1599 vervullen. Heer Nicolaes had rechten gestudeerd aan de universiteit van Orléans en de graad van licentiaat in de beide rechten behaald. Kort na zijn benoeming tot officiaal, op 7 mei 1594, werd hij kanunnik van het kapittel van Sint-Jan. Over zijn afkomst is niets met zekerheid te zeggen. Er wordt vermeld dat hij eerder kanunnik in Oirschot en Geel is geweest. Wellicht is hij ook de dominus et magister Nicolaus van den Houth, die in 1599 en 1600 wordt genoemd als rector van het Hiëronimusaltaar in de Sint-Pieterskerk te Hilvarenbeek. Heer Nicolaes stichtte een drietal studiebeurzen. Hij overleed op 5 oktober 1601 en werd begraven ‘voor de gang van het Sint-Nicolaasaltaar’ (zie plattegrond altaren, nr. 15). 1.

Geschiedenis

(Oud 26; Nieuw 338; Martini 266; Smits 142) *
In 1707 stond het graf geregistreerd als kerkgraf. Tussen 1724 en 1752 werd het verkocht aan den Commissaris Blankendaal. Niet veel later kwam het op naam van Nicolaas de Blankendaal, raat deser stadt, en zijn zoon Arnoldus de Blankendaal, in leven predikant tot Berlicum. In de legger van 1752-1755 staat het graf op naam van de kinderen van deze Arnoldus. Op 30 juni 1779 werd het overgeboekt op naam van Anna Hermanna van Blankendael, weduwe van doctor Gerard Jacob Schut. Zij was een dochter van Nicolaes de Blankendael, secretaris deser stadt. Ten laatste in 1804 werd het graf eigendom van de kerk.
Nicolaas van den Houthe werd in 1601 begraven voor de gang van het Sint-Nicolaasaltaar. Daarmee wordt bedoeld dat het graf in de middelste travee van het zuidtransept lag, vóór de buitenste zuidelijke koorzijbeuk, aan het eind waarvan het altaar stond opgesteld. Op deze plek bleef de zerk zeker tot 1821 liggen. Ten laatste in 1912 werd hij naar de huidige locatie verplaatst.

Personen

 Blankendaal, Arnoldus de
 Blankendaal, Nicolaas de
 Blankendael, Anna Hermanna van
Houthe, Nicolaas van den † 5-10-1601
 Masius, Gisbertus
· zie ook: 156. Pieter Schuyl de Walhorn, 1666
· zie ook: 398. Thomas Masius, 1625
· zie ook: 479. Johan van Wijnbergen, 1658
· zie ook: 493. Gisbertus Masius, 1614
· zie ook: 494. Genovefa van Brogel, 1592
 Schut, Gerard Jacob

Legenda:
† begraven in de Sint-Jan
vet: hoofdbegravene.
Grafzerk    
 
Naam    
 
E-mail    
 
Reactie    
 
Verifcatie    
 
 

Uw browser ondersteunt geen Flash of bezit geen recente Flash versie