Bron: Foto RCE
|
|
DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|STAMBOOM|REAGEER
huidige plaats | | in het middenschip, de tweede travee vanaf het transept, de oostelijke van twee zerken | maten | | 93 x 178 cm | steensoort | | maaskalksteen | inscripties | | klik op de afbeelding om deze te vergroten.Er lopen drie schuine breuken over de zerk, waarvan het oppervlak enigszins is verweerd. Aan de bovenzijde zien we een simpel randje en hieronder een verdiepte cirkel met daarin het wapen. De twee wapenschilden hangen met twee linten aan een knoestige tak. De linten kruisen elkaar onder de schilden en eindigen in kwasten. Hieronder bevindt zich de inscriptie. Alliantiewapen echtpaar (2 schilden): 1 drie driekantige eggen [De Weer]; 2 een geplante boom [Verhoeffstadt]. Jan de Weer (de Weder / sWeers / sWeders) stamt uit een oude Helmondse schepenfamilie. Reeds in 1406 was Dirck die Weder schepen van Helmond, op hem volgende generaties leverden eveneens een aantal schepenen. Dircks achterkleinzoon Jan de Weder was in de jaren negentig van de vijftiende eeuw een aantal jaren schepen van Helmond, was later heilige-geestmeester en kerkmeester en werd in 1537 in de kerk van Helmond begraven. Diens zoon Goyart (1508-1558) studeerde te Leuven en trouwde met Jenneken Peter Maurys. Zij was een dochter van de Bossche lakenkoper Peter Maurys en een zuster van Anna, die achtereenvolgens getrouwd was met Wouter van Middegael, goede man van ’s-Hertogenbosch in 1544 en 1545 en met Henrick Ghysselen, rentmeester van ’s-Hertogenbosch in 1553 en 1554. Uit dit huwelijk werd in 1547 Jan de Weer geboren. Aanvankelijk was Jan woonachtig te Helmond, waar hij in 1576 als heilige-geestmeester wordt vermeld en in de jaren 1580 schepen was. Waarschijnlijk door de chronische oorlogsomstandigheden en de daarmee gepaard gaande economische malaise heeft hij eind jaren 1580 Helmond verlaten: in 1588 woonde hij in Ravenstein en zeker vanaf 1595 te ’s-Hertogenbosch. In 1598 pachtte hij aldaar de kraanaccijns (een belasting op het laden en lossen met de stadskraan van per schip aangevoerde goederen) en in 1604 was hij fabriekmeester van de Sint-Jacobskerk. Hij overleed op 6 november 1605 en werd in de Sint-Jan begraven. Jan was gehuwd met Elisabeth Jans Verhofstad, waarschijnlijk uit Gemert afkomstig, die in 1623 overleed. Zij hadden minstens vier kinderen: Goyaert, Peter, Beliken en Jenneken. Goyaert, geboren in Helmond, werd in 1593 poorter van ’s-Hertogenbosch en was actief in de lakenhandel: hij wordt vermeld als droogscheerder, lakenkoper en wollenlakenkoper. Hij was achtereenvolgens getrouwd met Jenneken, dochter van de Bossche gewantsnijder Adriaen van Berkel, deken van het gewantsnijdersambacht in 1555, 1560 en 1564, en met Hadewich (o1566), dochter van Adriaens Zegers, rentmeester van ’s-Hertogenbosch in 1577-1580 en 1583-1589. In 1612 was Goyaert de Weer deken van de schutterij van de Colveniers. In de periode 1615-1617 was hij kerkmeester van de Sint-Jan. Na de val van ’s-Hertogenbosch verliet hij de stad en vestigde hij zich opnieuw in zijn geboortestad Helmond. In 1638 kreeg hij van Philips IV toestemming om zich te Boxtel of elders op het platteland te vestigen. Hij overleed volgens zijn grafsteen op 20 mei 1645 en werd bij zijn ouders in de Bossche Sint-Jan begraven. De tweede zoon Peter was waarschijnlijk ook te Helmond geboren. In 1618 verwierf hij het Bossche poorterschap. Hij was toen wollenlakenverkoper van beroep, later wordt hij ook als vettewaeriercremer aangeduid, dat wil zeggen als verkoper van vetwaren. In 1616 was hij te Helmond in het huwelijk getreden met Philippina, dochter van Marten Fabri, secretaris en notaris te Helmond en griffier van het kwartier van Peelland. Hun kinderen werden in de jaren 1620 gedoopt in de Bossche Sint-Jacob. Peter overleed op 3 oktober 1634 en werd drie dagen later bijgezet in de Sint-Jan. Het derde kind was Beliken (Beelken, Bela). Zij trad op 8 februari 1600 in de Bossche Sint-Jan in het huwelijk met Goyaert van Engeland, gelegitimeerde zoon van de Bossche schepen Goyaert van Engeland. Goyaert was net als zijn vader gezworen broeder van de Bossche Lieve Vrouwe Broederschap, die op 6 december 1608 een requiemmis voor hem hield. Beliken hertrouwde met Jan Wouters van Achelen. Zij overleed voor eind 1623 en is bij haar ouders begraven. De tweede dochter Jenneken († 1645) was gehuwd met lakenkoper Jan Jan Roelofs Coenen. 1. (Oud 354; Nieuw 298; Smits 328) * In 1707 stond het graf op naam van De Weer. De legger van 1724 vermeldt t’ gravt van de Veer Aende Kerk. Vanaf dat moment bleef het eigendom van de kerk. Zeker vanaf 1707 lag het graf in de zuidwesthoek van de zuidelijke travee van het noordtransept. Smits vermeldt de zerk in 1912 als liggend ‘op het S. Jans’ kerkhof, ter rechtersijde van het voetpad, dat toegang verleent tot de gerf- en kapittelkamers, ten Zuid-Oosten der kerk. Zij is 30 centimeter onder den beganen grond bedolven’. 2. Aangezien de zerk ontbreekt in Hs Martini, lag hij al in 1821 niet meer in de kerk. Ook op plattegronden uit 1947 en 1978 is de zerk niet te vinden. Pas op een plattegrond uit 1991 wordt hij weer aangegeven en wel op de huidige plek. | Achelen, Jan Wouters van | | Berkel, Adriaen van | | Berkel, Jenneken van | | Coenen, Jan Jan Roelofs | | Engeland jr., Goyaert van | | · zie ook: 442. Dirck Artsen Tholinck, 1630
| | Engeland sr., Goyaert van | | Fabri, Marten | | Fabri, Philippina | | Ghysselen, Henrick | | Maurys, Anna | | Maurys, Jennneken Peter | | Maurys, Peter | | Middegael, Wouter van | | Verhofstadt, Elisabeth Jans | | Weder, Dirck die | | Weder, Goyart de | | Weder, Jan de | | Weer, Beliken de | | Weer, Goyaert de | | Weer, Jan de 6-11-1605 | | Weer, Jenneken de | | Weer, Peter de | | Zegers, Adriaens | | Zegers, Hadewich | Legenda: begraven in de Sint-Jan vet: hoofdbegravene. klik op de afbeelding om deze te vergroten.
|