huidige plaats | | in de noordelijke buitenzijbeuk van het schip, de derde travee vanaf het transept, de oostelijke van de middelste rij van drie zerken |
maten | | 91 x 174 cm |
steensoort | | maaskalksteen met witte aders |
inscripties | |
klik op de afbeelding om deze te vergroten.Er loopt een viertal breuken over de zerk. De zerk is erg vervaagd en grote delen van de inscriptie zijn niet meer te lezen. De bovenkant van de zerk ligt naar het oosten. Er is een tekstband met omgeslagen hoeken. Het midden van de zerk is ernstig beschadigd. In Hs 1709, 154.3 werd al opgemerkt dat de zerk niet voorzien was van een wapen.
Al in het begin van de achttiende eeuw was deze zerk ernstig verminkt, toch was er nog iets meer op te lezen dan tegenwoordig. Uit handschrift 1709, 154.3 blijkt dat de eerste persoon op deze zerk de achternaam Vos draagt: ‘Begraeffenisse van E--- Vosch ‘sterft den 29 February 1586 en Maricke van / Hoirn sijn huijsvrouw sterft den 8 April’ 1621 en / Mr Willem Vos Licentiaet ---.’ Bij beide onderbrekingen geeft de auteur aan ‘dit voorder was affgebrocken’, terwijl hij ook meedeelt dat er op de zerk geen wapen staat.
De genoemde persoon is Egbert Vos, zoon van lakenkoper Andries Engberts Vos († 1585/6). Egbert en zijn vrouw Mariken, dochter van Willem van Hoirn en Jenneken Jans Vervoirt, lieten in 1575 een zoon Willem en in 1577 een dochter Elisabeth dopen in de Sint-Jan. Na zijn dood op jonge leeftijd werd Egbert onder deze zerk in de Sint-Jan begraven. Zijn vrouw volgde hem 35 jaar later.
Hun zoon Willem studeerde in 1601 in Leuven en voerde de titel van meester. Hij was getrouwd met Belyken (of Sibilla), dochter van Wouter Dircx Toelinck en Elsken van Dommelen, uit welk huwelijk tussen 1612 en 1618 een vijftal kinderen werd gedoopt in de Sint-Jan. Meester Willem Vos was in 1609 vaandrig van de schutterij van de Oude Voetboog. In 1621 was hij een van de weesmeesters van het weeshuis, in 1624-1626 was hij kerkmeester van de Sint-Jan, in 1626 ten slotte vervulde hij de functie van blokmeester van de Hinthamerstraat. Kort voor 1630 is hij overleden en onder deze zerk bij zijn ouders begraven. Zijn vrouw werd op 9 maart 1632 in de Sint-Jan begraven, waarschijnlijk eveneens onder deze zerk. 1.
(Oud 245; Nieuw 377) *
In 1707 stond het graf te boek als t’ graft van vos. De legger van 1724 vermeldt de overboeking op naam van Johanna, Helena en Willem Vos. In een latere hand is de opmerking ‘aende kerck’ toegevoegd. Ook in de daaropvolgende leggers staat het graf geregistreerd als kerkgraf. Op 12 mei 1804 werd geconstateerd dat het vol was.
Blijkens de leggers lag het graf in ieder geval vanaf 1707 in de noordelijke buitenzijbeuk van het schip, in de derde travee vanaf het transept. Hier ligt de zerk ook nu nog.
| Dommelen, Elsbena van |
| · zie ook: 77. Johanna van Lith, 1531
|
| Hoirn, Mariken van |
| Hoirn, Willem van |
| Toelinck, Belyken (Sibilla) |
| Toelinck, Wouter Dircks |
| · zie ook: 77. Johanna van Lith, 1531
|
| Vervoirt, Jenneken Jans |
| Vos, Andries Engberts |
| Vos, Egbert 29-2-1586 |
| Vos, Elisabeth |
| Vos, Helena |
| Vos, Johanna |
| Vos, Willem |
Legenda: begraven in de Sint-Jan
vet: hoofdbegravene.