Bron: Foto RCE
|
|
336 Theodorus Ludovicus Le Mueau, 1622
|
|
DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|REAGEER
huidige plaats | | in het zuidtransept, de noordelijke travee, de tweede zerk vanaf het oosten van de meest zuidelijke rij van vijf zerken locatie in 1821 volgens Martini (zie plattegrond) | maten | | 109 x 232 cm | steensoort | | maaskalksteen | inscripties | | klik op de afbeelding om deze te vergroten.De goed bewaarde zerk heeft geen rand. Bovenin is een cirkel aangebracht met een brede rand die als een banderol is weergegeven met onderaan een omgeslagen gedeelte. In de cirkel bevindt zich het wapenschild. Hieronder staat de inscriptie met opvallend mooie en grote kapitalen. Zeven zespuntige sterren (1,2,1,2,1). Over Theodorus Ludovicus le Mueau is nauwelijks iets bekend. Zijn grafzerk vermeldt dat hij uit Utrecht afkomstig was en een licentiaat in de theologie had. Op 1 maart 1616 werd hij kanunnik van het kapittel van de Bossche Sint-Jan, tevens werd hij door bisschop Zoesius benoemd tot president van het opnieuw opgerichte seminarie. In 1617/8 hield hij zich bezig met het vaststellen van de festa propria, de bijzondere heiligendagen van het bisdom. Hij werd begraven naast het oxaal bij de zuidelijke kooromgang. 1. (Oud 25; Nieuw 326; Martini 265; Smits 145) * In 1707 stond het graf op naam van de weduwe Simons. De legger van 1724 meldt de overboeking op naam van de kinderen van de stadsbestuurder Matthijs Pinxternakel en zijn echtgenote Dirkje van Becum. Op 19 april 1752 kwam het in het bezit van hun kleinkinderen en achterkleinkinderen. Dat waren allereerst kinderen van hun zoon Johan, getrouwd met Anna Catharina Hubert, te weten Thomas Pinxternakel, Commies op het Convoij alhier; Theodora Pinxternakel, echtgenote van Theodorus Noordburg; Catharina Pinxternakel, echtgenote van de Dordtse koopman Jan Hubert; en Aletta Pinxternakel, weduwe van Samuel de Kesel, en haar kinderen. Vervolgens de kinderen van hun dochter Johanna Pinxternagel en haar echtgenoot Laurens Simons, te weten Sara, Cornelis Martinus, predikant te Stolkwijk, en Adriana Simons, alsook de kinderen van Theodora Simons, echtgenote van Hendrik van de Oever. Verder betreft het kinderen van hun dochter Catharina, echtgenote van Jan van Megen. En ten slotte de dochter van hun dochter Adriaantje en haar echtgenoot Michiel van der Veer, te weten Johanna de Veer, weduwe van Adr. van Cuijlenburg. De legger van 1779 vermeldt de overboeking van het graf op naam van Johannes van den Oever. Hij is zeer waarschijnlijk de zoon van de in de legger van 1752-1755 genoemde Hendrik van den Oever en Theodora Simons. In 1796 kwam het graf op naam van A.C. van den Oever 2., weduwe van L. Simons. Tot slot wordt in de legger van 1804-1805 de overboeking gemeld op naam van de erfgenamen van de eerder genoemde Johannes van den Oever. Theodorus Ludovicus le Mueau werd in 1622 naast het oxaal bij de zuidelijke kooromgang begraven. In 1821 lag de zerk daar nog steeds, om precies te zijn in de middelste travee van het zuidtransept. Voor 1912 werd hij enkele meters in noordwestelijke richting verplaatst, naar waar hij nu nog ligt. | Becum, Dirkje van | | Cuijlenburg, Adr. van | | Hubert, Anna Catharina | | · zie ook: 110. Johan Pinxternagel, 1729
| | Hubert, Jan | | Kesel, Samuel de | | Megen, Jan van | | Mueau, Theodorus Ludovicus Le 10-5-1622 | | Noordburg, Theodorus | | Oever, Anna Constantina van den | | Oever, Hendrik van de | | Oever, Johannes van den | | Pinxternagel, Adriaantje | | Pinxternagel, Catharina | | Pinxternagel, Johan | | · zie ook: 110. Johan Pinxternagel, 1729
| | Pinxternagel, Johanna | | Pinxternakel, Aletta | | Pinxternakel, Catharina | | Pinxternakel, Matthijs | | Pinxternakel, Theodora | | Pinxternakel, Thomas | | Simons, Adriana | | Simons, Cornelis Martinus | | Simons, Laurens | | Simons, Sara | | Simons, Theodora | | Veer, Johanna de | | Veer, Michiel van der | | Zoes, Nicolaus | | · zie ook: 125. Gerit Hanrick Dijnter, 1592
| | · zie ook: 346. Anna van Casteren, 1647
| | · zie ook: 485. Nicolaus Zoes, 1625
| Legenda: begraven in de Sint-Jan vet: hoofdbegravene.
|